"Ik laat mijn prothese altijd mooi afwerken."
Joke heeft 18 jaar geleden een motorongeluk gehad. Zij verloor daarbij een onderbeen. In de jaren na het ongeluk wilde ze graag zo gewoon mogelijk meedraaien in de maatschappij.
“Op een zomeravond, achttien jaar geleden maakte ik een ritje op de motor,” zo begint Joke. Op de terugweg ben ik uit de bocht gevlogen op een polderweggetje. Ik schampte een boom, verloor mijn onderbeen en werd gelanceerd in de sloot naast de weg. In het ziekenhuis werd me pas verteld dat mijn been eraf was. Ik weet nog goed dat de verpleegkundige tegen me zei: “Je been is eraf, maar je leeft gelukkig nog.” Dat vond ik zo’n stomme opmerking. Waarom moest ik gelukkig zijn dat ik nog leefde? Ik wilde helemaal niet leven zonder been! In het ziekenhuis vertelden ze me dat ik met een prothese alles weer kon doen. Dat is natuurlijk niet waar. Je kunt wel veel doen en dingen op een andere manier doen, maar je kunt nooit meer alles doen wat je deed.”
De revalidatie
“Tijdens mijn revalidatie ontdekte ik wat ik nog wel allemaal kon. Zo heb ik in het revalidatiecentrum veel sporten geprobeerd. Uiteindelijk heb ik heel lang met heel veel plezier gefitnest. Ik wilde ook per sé weer schaatsen en ook dat heb ik geprobeerd.”
Weer leren lopen
“Uiteindelijk heb ik ook weer geleerd om te lopen. Ik vond het daarbij niet alleen belangrijk dát ik kon lopen, ik wilde mooi lopen! Samen met de fysiotherapeut, die mijn looppatroon filmde, heb ik mijn manier van lopen telkens teruggekeken totdat ik tevreden was en ‘redelijk’ liep. “
De prothese en werken
“In mijn werk heeft mijn prothese mij niet beperkt, maar er is een tijd geweest dat ik een wond aan mijn stomp had. Ik heb wel gewerkt, ben met krukken naar mijn werk gegaan, zonder prothese. Daar hadden ze me nooit zo gezien. Wondjes en andere problemen kunnen altijd ontstaan en dan ben je pas echt beperkt. Gelukkig heb ik een korte lijn met mijn instrumentmaker bij Rijndam Orthopedietechniek. Als er iets is kan ik direct en snel terecht. Dat is voor mij erg belangrijk!”